‘Knutseljuf’ Mariejo van De Pionier in Het Parool
‘Knutseljuf’ Mariejo portretteerde haar leerlingen van een school voor speciaal onderwijs in Duivendrecht: ‘Schilderen kan ik pas als ik een band heb met mijn modellen’
(Publicatie PS Het Parool: 7-6-2025)
Kunstenaar Mariejo Hermans (64) is parttime ‘knutseljuf’ op De Pionier in Duivendrecht, een school voor speciaal onderwijs. Toen ze enkele leerlingen schilderde om de gang op te fleuren, was de reactie zo enthousiast dat er nu 28 portretten van leerlingen en 20 van hun juffen en meesters te bewonderen zijn.
Het eerste kind dat ’s ochtends vroeg binnenkomt in het lokaal voor beeldende vorming is Dakota (11). Ze heeft zowel de grote ruimte als juf Mariejo voor zich alleen. Er zijn lange tafels om aan te werken en kasten vol knutselmateriaal. Dakota weet de weg en gaat meteen aan de slag met karton en verf. “Haar hoef ik nooit aan ideeën te helpen,” zegt Mariejo Hermans. “Ze weet precies wat ze gaat doen. En wat ook bijzonder is: ze is altijd dolenthousiast over het resultaat! Ik heb laatst nog tegen haar moeder gezegd: wat is het toch heerlijk dat jouw kind zo tevreden is over wat ze heeft gemaakt. Daar kunnen veel mensen, inclusief ikzelf, een voorbeeld aan nemen.”
Dakota zelf wil niet veel kwijt over wat ze aan het doen is vanochtend. “Ik mag hier maken wat ik wil,” zegt ze. “Ik hou van knutselen.” Even later: “Ik heb de beste knutseljuf ooit.”
Gevraagd naar het bijna levensgrote portret dat juf Mariejo van Dakota heeft gemaakt, wordt ze spraakzamer. Ze gaat ernaast staan: “Wat lijkt het goed hè? Dat oor lijkt precies! En mijn kleren zijn ook zo mooi geworden. Net echt.” Op het schilderij houdt Dakota een portret in haar handen dat zij op haar beurt van de knutseljuf maakte. “Vind je het lijken?” vraagt ze, wijzend op een explosie van kleuren. “Nou, je hebt mijn innerlijke zelf goed getroffen,” antwoordt Hermans. “Zo druk ben ik altijd in mijn hoofd. Wacht Dakota, je moet je verfschort nog aantrekken.”
Terloops idee
Twee dagen per week is beeldend kunstenaar Mariejo Hermans verbonden aan PI-school De Pionier in Duivendrecht. Het is een zogeheten cluster 4-school, voor kinderen die problemen hebben op leergebied, met contact maken of moeilijkheden ervaren in hun persoonlijke ontwikkeling. Voor wie het leuk vindt om te knutselen of tussendoor even wat ontspanning nodig heeft, is Hermans een soort extra juf. Aan het begin van het schooljaar bedacht ze dat het leuk zou zijn om een paar kinderen portretten te laten maken van een juf of meester naar keuze. Als het af was, zou Hermans op haar beurt een portret van de leerling maken met het kunstwerk in zijn of haar handen. Dat zou misschien een aardige decoratie kunnen zijn voor een gang, ergens in de school.
Inmiddels is dit terloops ontstane idee uitgegroeid tot een groot project, en moet er voor de gang alweer iets anders bedacht worden, want alle portretten mogen voor de zomervakantie mee naar huis. “Het is een beetje uit de hand gelopen,” zegt Hermans opgewekt. “Gaandeweg kreeg ik er zo’n lol in en hadden we zulke leuke gesprekken over de schilderijen, dat ik besloot om alle kinderen te portretteren die regelmatig bij mij knutselen. Voor de zomer wil ik ze alle 28 af hebben.”
Hermans praat bevlogen over haar leerlingen. Over hoe ontwapenend ze zijn, en hoe oplettend. Dat zij ze soms tot rust ziet komen als ze met hun handen bezig kunnen zijn. Herkent ze iets van zichzelf? “Absoluut,” zegt ze. “Gedachten die alle kanten opvliegen, die heb ik zelf ook.” En in één adem verder: “Wat zo grappig is: samen met mijn man Henk heb ik vijf jaar lang een crisisopvang voor pubers gerund. Een keer kwam iemand van jeugdzorg kijken of we een geschikt thuis konden zijn voor een autistische puber. Toen kreeg ik te horen: sorry, maar we gaan op zoek naar een ander adres, want jij bent veel te chaotisch! En moet je me nu zien, te midden van al deze speciale leerlingen. Ik voel me helemaal op m’n plek.”
Directrice van De Pionier Chiquita Relyveld (54) lacht als ze het verhaal hoort. “Ik snap het wel hoor,” zegt ze. “Over het algemeen zijn onze leerlingen gebaat bij een duidelijke structuur en vaste kaders. Maar het chaotische van Mariejo heeft ook z’n charme. Zij geeft ze de ruimte om te kunnen zijn wie ze zijn. Bij haar kunnen ze over alles praten en ondertussen hun creativiteit laten zien. En niks is fout bij haar, dat is ook weleens fijn voor deze leerlingen om te ervaren. Veel kinderen hebben zich herhaaldelijk afgewezen gevoeld. Alleen al het feit dat ze van hun reguliere school af moesten, kan overkomen als een afwijzing, zelfs al voelen de meesten zich hier meestal direct thuis.”
Relyveld is zelf ook geportretteerd door een van de leerlingen. Toen ze kwam kijken naar het resultaat, zag ze de spanning op het gezicht van de jongen die zo dapper was geweest om de directrice te schilderen. ‘Wat heb je dat prachtig gedaan!’ had ze geroepen en zag meteen de opluchting. Maar ze zag hem ook denken: klopt het schilderij wel met de werkelijkheid? Relyveld: “Hij vond dat er in het schilderij een moedervlekje op mijn gezicht ontbrak, pakte een kwast en stipte het er ter plekke nog even op.”
Alle verkeersborden
De portretten die Hermans van de leerlingen maakte zijn heel verschillend van opzet en techniek, maar hebben één ding gemeen: alle kinderen houden iets in hun handen wat ze zelf gemaakt hebben. Soms is dat een portret van een leerkracht, soms een zelfbedacht knutselwerk. In ieder geval altijd iets waar ze trots op zijn.
Hermans wijst op een schilderij van een triomfantelijk kijkend meisje uit de onderbouw, dat in no-time van een lege fles wasmiddel en een stuk karton een gans in elkaar had gedraaid en er toen twee grote witte tanden van klei opplakte. Een andere jongen schilderde ze met een zelfgeknutseld verkeersbord in zijn handen. Niet toevallig, want deze leerling kent alle bestaande verkeersborden, inclusief hun categorieën en bijbehorende nummers, uit zijn hoofd. Iedere les vraagt hij aan zijn knutseljuf wat háár lievelingsverkeersbord is.
Hermans: “Ik voel zo veel liefde voor deze leerlingen. Het klinkt misschien een beetje tuttig, maar ik vind ze zó aandoenlijk en eerlijk en open. Dat maakt dat ik ze wil schilderen.”
Hoewel ze op haar 18de was afgewezen op de kunstacademie in Maastricht, en vervolgens Nederlands studeerde in Amsterdam, besloot Hermans op latere leeftijd alsnog een kunstopleiding te volgen. Het werd de KHL in Haarlem, waar ze van begin af aan haar eigen weg ging. In het eerste jaar van de academie, toen ze nog in het opvanghuis voor pubers werkte, schilderde ze de jonge bewoners in haar opvanghuis. In het tweede jaar maakte ze vooral portretten van haar vader, die was overleden toen Hermans zestien was.
Haar afstudeerproject in 2021, Lost in time, ging over dementie en haar dementerende moeder. Hermans: “Ik kan pas schilderen als ik verbinding voel met mijn modellen. Ik heb ook een jaar portretten gemaakt van blote vrouwen van tachtig plus. Stuk voor stuk vrouwen met wie ik een band had opgebouwd. Net als nu op deze school: ik heb de kinderen leren kennen en vind ze geweldig. Daarna pas ontstond de behoefte om ze te schilderen.”
De moeite waard
In het multifunctionele lokaal van De Pionier is ‘knutseljuf Mariejo’ één van de drie extra medewerkers die ondersteuning bieden aan de vaste leerkrachten van de school. Zo kunnen kinderen die dat nodig hebben ook terecht bij meester Chris, die mooie dingen met ze maakt van hout. Of bij meester Gerard, met wie ze computers en stofzuigers uit elkaar halen en die kinderen soms meeneemt naar het slootje achter de school om te gaan vissen.
En dan is er nog de zelfbenoemde assistent Samuel, een leerling uit de middenbouw die te pas en te onpas in het lokaal verschijnt om te kijken ‘of alles goed gaat’. Vertederd vertelt Hermans: “Samuel kan dingen zeggen als: Juf, je moet echt eens leren ‘nee’ zeggen.”
Alle tot nu toe geportretteerde leerlingen vonden het reuzespannend om te zien wat juf Mariejo van hen gemaakt had, aan de hand van een eerder genomen foto. Hermans merkt dat het ze soms zichtbaar goed doet. Dan vragen ze bijvoorbeeld hoe lang ze ermee bezig is geweest. En als ze vertelt dat dit weleens tien uur kan zijn, dan ziet ze verbazing en soms ook een beetje trots: kennelijk zijn ze die moeite waard. Sommige portretten hebben een rustige achtergrond, bij andere spat de achtergrond eraf – daar heeft Hermans het model zelf laten meehelpen. Omdat ze het belangrijk vindt dat de kinderen zelf tevreden zijn, doet ze haar best om het portret zo goed mogelijk te laten lijken.
“Als ze hun eigen portret voor het eerst zien, kijken ze altijd heel goed en zijn ze gefocust op details, zoals de tekst op een T-shirt of een kettinkje dat scheef hangt. Soms vinden ze dat hun neusgaten niet even groot zijn of hun lippen te rood. Dat verander ik dan. Er was één jongen die echt niet blij was met zijn portret. En als ik eerlijk ben, begrijp ik dat. Hij leek niet echt, dus die ga ik opnieuw maken.”
Alle schilderijen worden geëxposeerd tijdens de zomermarkt van De Pionier, een tweejaarlijks evenement voor ouders en kinderen. Daarna mogen de geportretteerde leerlingen hun schilderij mee naar huis nemen. “Ik vind dat een béétje jammer,” bekent Hermans. “Want ik raak een groot deel van mijn werk kwijt. Aan de andere kant is het voor de achtstegroepers een mooie herinnering aan hun basisschool.”
Drie kinderen hebben al gezegd dat ze het portret niet mee willen vanwege een te kleine kamer, of omdat ze niet de hele tijd tegen het hoofd van hun meester willen aankijken op het portret-in-het-portret.
“Ja, zo eerlijk zijn ze wel,” lacht Hermans. “Gisteren ook: kwamen er een jongetje en een meisje uit de onderbouw bij mij binnenlopen. Hand in hand, als een stelletje. Ze gingen meteen lekker aan de slag. Hij wilde een tornado maken en zij wilde kleuren met Posca-stiften – dat is een enorme hit: stiften gevuld met acrylverf. Opeens vroeg het jongetje: ‘Juf, uit welk jaar ben jij eigenlijk?’ Uit 1961, zei ik. Toen riep het meisje: ‘Wát? Dan ben je nog ouder dan al die antieke Donald Ducks die bij ons in het lokaal liggen, want die zijn van 1972.’ Hoe zo’n brein werkt, dat is toch heerlijk! Ik ga deze twee kids absoluut schilderen, maar dan gewoon voor mezelf.”
Onderwijs op maat
De Pionier is een van de vijf PI-scholen in en om Amsterdam. De andere vestigingen zijn te vinden in de stadsdelen Noord, Zuid, West en in Hoofddorp. PI staat voor Pedologisch Instituut, wat betekent dat onderzoek, behandeling en onderwijs op deze scholen hand in hand gaan. Kinderen met problemen in hun ontwikkeling, op leergebied of op sociaal-emotioneel vlak, krijgen hier ‘normaal’ onderwijs, maar wel voor iedereen op maat. Ook kunnen ze binnen de school terecht voor aanvullende zorg, zoals logopedie, ergotherapie of psychologische hulp; dat scheelt heen en weer reizen. 60 procent van de leerlingen komt uit Amsterdam, de rest uit Duivendrecht, Almere, Hoofddorp, het Gooi en soms nog verder. Er wordt lesgegeven in groepen van maximaal twaalf kinderen, waardoor ieder kind optimaal aandacht krijgt.